Er leefden eens twee kleine body bar kopen, een jongetje en een meisje aan de rand van een groot donker bos. Het jongetje werd body bar Hans genoemd en het meisje werd body bar Grietje genoemd. Geen enkele body bar durfde dat bos in te gaan. Er leefde daar, zo zei men, een gemene heks, die ontzettende hield van body bars en ze het liefst rauw en ongekookt verslond. Dat wil je als body bar echt liever niet meemaken. Dat was de reden dat geen enkele body bar naar dat grote donkere bos durfde te gaan. Twee eigenwijze body barsDe ouders van onze twee kleine body bars hadden hun kinderen verboden om het bos in te gaan, maar onze twee kleine body bars waren enorm nieuwsgierig. Op een goede dag zei shampoo bar Hans tegen shampoo bar Grietje dat hij best wel eens een kijkje zou willen nemen in het grote donkere bos waar de heks zou wonen. Hij nam body bar Grietje apart en vertelde haar dat hij niet dacht dat er in het grote donkere bos een heks zou wonen die body bars met huid en haar zou verslinden. Dat was volgens heem een fabeltje. Helaas voor onze kleine body bars…Op een ochtend besloten onze kleine body bars samen het grote bos in te gaan. Omdat ze de weg naar huis weer terug wilden vinden, had body bar Hans een spoor van broodkruimels gemaakt, maar hij wist niet, dat deze broodkruimels opgegeten zouden worden door hongerige vogels. Na een poos gelopen te hebben zagen ze een klein huisje in de verte met een vrouwtje die een gemeen liedje zong over hoe lekker body bars wel niet waren als ze rauw waren. Onze kleine body bars wilden uiteraard terug rennen, maar omdat de broodkruimels verdwenen waren, raakten ze de weg kwijt. De heks vond ze tenslotte, nam ze mee naar haar huis en verslond onze arme body bars rauw. Eind goed, al goed! |